Hoe ontstaat de zesde ziekte?

De zesde ziekte, of met een mooie medische term: exanthema subtitum. Het is een besmettelijk kinderziekte. Het virus wordt veroorzaakt door het herpesvirus (type 6 en 7). Volgens het RIVM komt de ziekte voornamelijk voor bij baby’s/kinderen tussen de 6 en 18 maanden. Kinderen voelen zich vaak niet heel ziek door de ziekte. Het is een onschuldige ziekte, en het is eigenlijk niet heel erg als je kind besmet raakt. Want dit betekent dat je kind op latere leeftijd niet meer besmet kan raken, en dat is voordelig, want op latere leeftijd zijn de vlekjes vaak heftiger.

Wat zijn de symptomen van zesde ziekte?

De volgende symptomen treden op bij besmetting van de zesde ziekte:

• Het begint met plotselinge hoge koorts (39 – 40,5 graden) en verder geen klachten. De koorts zakt na 3 tot 5 dagen weer vrij plotseling.
• Vervolgens kan je kind rode vlekjes over het lichaam krijgen. De vlekjes beginnen in het gezicht, op de buik en rug en kunnen zich daarna uitbreiden naar de nek, armen en benen. De vlekjes doen geen pijn of jeuken niet, en verdwijnen na 1 of 2 dagen.
• Het kan ook zijn dat je kind een milde luchtweginfectie krijgt, een middenoorontsteking en/of opgezette lymfeklieren in de hals.

De tijd tussen het besmet raken en klachten krijgen (de incubatietijd) is meestal rond de 10 dagen.

Hoe wordt zesde ziekte overgebracht?

Het virus kan worden overgedragen door speeksel van mensen die het virus bij zich dragen. Dit kan worden verspreid door bijvoorbeeld bestek, servies, eten of speelgoed. Maar het virus zit in de keel en in de neus. Door te hoesten en/of niezen komen kleine speekseldruppeltjes in de lucht. Als andere mensen deze druppeltjes inademen kunnen ze besmet raken. De ziekte kan ook worden overgedragen door bloedtransfusie, orgaandonatie of via de placenta.

Wie kan besmet raken door de zesde ziekte?

Iedereen kan de zesde ziekte krijgen. Er zijn helaas nog weinig gegevens over de zesde ziekte bekend. Volgens het RIVM is de verwachting dat de meerderheid van kinderen onder de twee jaar besmet is geweest met het virus. Als je besmet bent geraakt met het virus, blijf je waarschijnlijk lange tijd besmettelijk omdat het virus lange tijd in het lichaam blijft. Mensen die een mindere weerstand hebben, bijvoorbeeld door een andere ziekte, of mensen die medicijnen gebruiken kunnen zwaardere klachten krijgen.

Wat kun je doen om de zesde ziekte te voorkomen?

De kans dat jouw kind besmet wordt met de ziekte is vrij groot. Er is geen vaccin tegen de ziekte, maar je kunt wel bepaalde handelingen uitvoeren om besmetting met de ziekte te voorkomen. Dingen die je in het dagelijks leven kunt doen om besmetting te voorkomen zijn:

• Bij verkoudheid een papieren zakdoek gebruiken om je neus te snuiten of om in te hoesten. Gebruik die ook niet vaker dan 1 keer.
• Als je moet hoesten of niezen, doe dat dan in je elleboog, zodat de speekseldruppeltjes zich niet kunnen verspreiden via de lucht.
• Was goed je handen nadat je je neus hebt gesnoten of als je hebt gehoest of geniest.
• Houd je pasgeboren baby uit de buurt van mensen die hoesten of niezen.
• Leer je kind vroeg om deze bovenstaande handelingen netjes uit te voeren.
• Maak het speelgoed van je kind elke dag schoon. Baby’s en jonge kinderen stoppen vaak speelgoed in hun mond, waardoor ze dus besmet kunnen raken. Het speelgoed schoonmaken kan gewoon met een sopje met allesreiniger. Zorg wel dat er geen zeepresten achterblijven, dat vindt je kind waarschijnlijk niet heel smakelijk.

Mag mijn kind naar de kinderopvang of school?

Als je kind zich goed genoeg voelt, kan je kindg gewoon naar de kinderopvang of school. Je kunt besmetting namelijk niet tegenhouden door je kind thuis te laten, want kinderen zijn al besmettelijk voordat ze koorts krijgen. Met hoge koorts is het verstandig om je kind te laten rusten.