In de eerste week na de geboorte vinden er een aantal onderzoeken bij je kindje plaats. Lees hieronder welke onderzoeken er worden gedaan en waarom.
De hielprik:
In de eerste week na de geboorte worden een paar druppels bloed afgenomen uit de hiel van je kind. Een laboratorium onderzoekt dit bloed op een aantal ernstige, zeldzame, aangeboren ziektes. De ziektes zijn te behandelen, bijvoorbeeld met medicijnen of een dieet. Door de ziektes vroeg op te sporen kan de behandeling snel starten. Dit kan ernstige schade aan de ontwikkeling van je kind voorkomen. Het is daarom belangrijk dat je kind meedoet aan de hielprikscreening. Voor meer info over de hielprik ( in Dutch, English, Arabic, Farsi, Polish, Russian, Somali, Tigrinya, Turkish and Ukrainian): https://www.pns.nl/documenten/hielprik-en-gehoortest-bij-pasgeborenen
De gehoorscreening:
In de eerste maand na de geboorte krijgt je kind de gehoortest. Met deze test wordt gemeten of je kind goed genoeg hoort om te leren praten. De gehoortest noemen we ook wel de neonatale gehoorscreening. De jeugdgezondheidszorg (JGZ) biedt de gehoortest aan. Hier hoort ook het consultatiebureau bij. Een screener voert de test uit. Dit is een medewerker van de JGZ of van de kraamzorg. De gehoortest vindt bij je thuis plaats of op het consultatiebureau. Als de gehoortest thuis wordt gedaan, dan is dit in de eerste week na de geboorte. Je kind krijgt meestal tijdens hetzelfde bezoek ook de hielprik.
De zuurstofmeting:
Door een hartafwijking kan het zuurstofgehalte in het bloed dalen. Aan de baby zelf is dit kort na de geboorte vaak nog niet te zien. Je kunt dit wel opsporen door het zuurstofgehalte in het bloed te meten. Dat doe je met een saturatiemeter. Als uw kind in het ziekenhuis geboren is, wordt de zuurstofmeting door een arts, verloskundige of verpleegkundige gedaan. Als u thuis bent bevallen, doet de verloskundige de meting. Ongeveer een uur na de geboorte wordt het zuurstofgehalte gemeten aan de rechter pols en één van de voeten van de baby. De kans is groot dat de metingen goed zijn. Bij een goede meting wordt de test voor de zekerheid herhaald op de 2e of 3e levensdag van uw baby.