Wat is een onregelmatige cyclus?
De menstruatiecyclus bereid je lichaam voor op een eventuele zwangerschap. Een normale menstruatiecyclus duurt gemiddeld 28 dagen. Wanneer een cyclus korter is dan 21 dagen, juist langer dan 35 dagen of steeds 7 dagen verschilt, spreken we van een onregelmatige cyclus. Bij een regelmatige maandelijkse cyclus kun je van tevoren berekenen wanneer je ovulatie plaatsvindt en welke dagen van de maand jij het meest vruchtbaar bent. Zo weet je precies wanneer je het beste geslachtsgemeenschap kunt hebben.
Bij een onregelmatige cyclus is dat een stuk lastiger. De eisprong vindt dan onregelmatig of - in sommige gevallen -helemaal niet plaats. Het is belangrijk dat je eerst je onregelmatige cyclus in kaart brengt. Neem de resultaten van een menstruatiekalender of ovulatie-app mee naar de huisarts, zo krijgt de huisarts een goed beeld van jouw maandelijkse cyclus. Je kunt dan worden doorverwezen naar de gynaecoloog, welke de oorzaak van de onregelmatige cyclus probeert te achterhalen.
Lees ook:
Eileider afwijkingenWanneer ovulatie-inductie?
Wanneer door de huisarts en gynaecoloog is vastgesteld dat je een onregelmatige cyclus hebt en minder dan 10 keer een eisprong hebt is het goed om een behandeling te overwegen. Ovulatie-inductie kan ervoor zorgen dat je weer een regelmatige eisprong (13 keer per jaar) krijgt. Ovulatie-inductie kan alleen worden toegepast bij vrouwen jonger dan 43 jaar. Ook wordt er een BMI-grens gehanteerd omdat overgewicht voor complicaties kan zorgen bij ovulatie-inductie.
Wat is ovulatie-inductie?
Bij ovulatie-inductie wordt de eisprong door middel van medicijnen opgewekt. Deze medicijnen zijn clomifeencitraat (clomid) of gonadotrofinen (injecties). In overleg met de arts wordt voor een van deze soorten ovulatie-inductie gekozen.
Clomid
De werkzame stof in Clomid heet Clomifeen, wat een beetje lijkt op het natuurlijke hormoon oestrogeen. Tegelijkertijd is Clomid ook een oestrogeen-onderdrukker. Dit zorgt er weer voor dat de hypofyse denkt dat bij gebruik van Clomid er te weinig oestrogeen in het lichaam voorkomt. Daardoor zal de hypofyse meer FSH (Follikel Stimulerend Hormoon) en LH (Luteïniserend Hormoon) aanmaken. Dit zal ervoor zorgen dat de kleine, inactieve eiblaasjes gaan groeien!
Wanneer de oestrogeenwaarden hoog genoeg zijn, zal er een seintje worden gegeven dat de productie van FSH niet meer nodig is. Een piek die daarop volgt in de oestrogeenspiegel zal ervoor zorgen dat het LH hormoon tot een piek komt, wat zorgt voor een eisprong. Het LH hormoon is ook het hormoon dat je meet wanneer je een ovulatietest of vruchtbaarheidstest doet. Indien nodig kan het zwangerschapshormoon hCG worden toegediend om de eisprong op te wekken.
Lees ook:
IVF en zwanger wordenGonadotrofinen
Bij ovulatie-inductie door middel van gonadotrofinen wordt FSH (follikel stimulerend hormoon) door middel van injecties toegediend. Dit kun je dagelijks zelf doen. Dit zorgt ervoor dat er meer FSH aanwezig is in het lichaam. Dit is stimulerend voor de eierstokken waardoor de follikels beter rijpen. Door middel van echo’s wordt in de gaten gehouden of de hoeveelheid FSH moet worden aangepast en hoe de follikels zich ontwikkelen. Wanneer een follikel 17 à 18 mm doorsnede heeft wordt het zwangerschapshormoon hCG toegediend. Gemiddeld vindt 40 uur na het toedienen van hCG de eisprong plaats.
Zwanger na ovulatie-inductie
Gemiddeld kun je 15 dagen na de ovulatie-inductie een zwangerschapstest doen. Deze dagen worden geteld na de eisprong. Indien je voor deze dagen al menstrueert is het niet gelukt om zwanger te worden.
Bijwerkingen en complicaties
Bij ovulatie-inductie kunnen een aantal bijwerkingen en complicaties ontstaan.
- Bijwerkingen: Door ovulatie-inductie kun je last krijgen van hoofdpijn, moeheid en gewichtstoename. In sommige gevallen kunnen depressieve gevoelens ontstaan.
- Meerlingen: De kans op een meerling is groter na ovulatie-inductie.
- Ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS): In sommige gevallen reageren de eierstokken heftiger op ovulatie-inductie. De eierstokken worden dan veel groter en daardoor kan er vocht bij de buikholte terecht komen. Dit kan diverse klachten veroorzaken zoals misselijkheid, braken, pijn in de buik en kortademigheid.
Lees ook:
ICSI vruchtbaarheidsbehandeling