Risico’s van overdragen

Het is niet voor niks dat na week 42 de bevalling wordt ingeleid. Na deze week wordt namelijk de werking van de placenta veel minder. In toevoer van voeding en zuurstof naar je baby, waar de placenta voor zorgt, gaat het dus ook achteruit. Dit is niet gezond voor je baby. Daarnaast kan er steeds minder vruchtwater overblijven voor je baby. Ook is er steeds meer kans op meconium in het vruchtwater tijdens de geboorte.

Wat gaat er gebeuren wanneer je langer dan 42 weken zwanger bent?

Wanneer je week 41 passeert, ga je meestal langs bij de verloskundige die een inwendig onderzoek zal doen en zal kijken of je ze kan strippen. Ook zal je een bezoekje brengen bij de gynaecoloog, die een CTG zal maken om de conditie van de baby te beoordelen. Ook wordt er daarbij gekeken hoeveel vruchtwater er nog is en hoe groot en zwaar de baby is. Is alles in de orde, dan zal je iedere 2 dagen moeten terugkomen om een CTG te laten maken. Inwendig onderzoek zal ook worden gedaan door de gynaecoloog, om te kijken of de baarmoedermond al rijp is. Wanneer de baarmoedermond rijp is, heet dit week en verstreken. De meeste ziekenhuizen zullen na 14 tot 17 dagen na de 40 weken zwangerschap overstappen op het inleiden van de bevalling.

Wat kan je zelf doen om de bevalling op gang te brengen?

Je hebt vast al weleens gehoord over manieren die zouden kunnen helpen de bevalling op gang te brengen. Sommigen zijn niet meer dan fabeltjes, maar sommigen zouden echt wel kunnen helpen! Bijvoorbeeld vrijen. Tijdens het vrijen kan het sperma de baarmoeder aanzetten tot weeën, en ook trekt de baarmoeder samen wanneer je klaarkomt. Dit kan dus helpen je baarmoeder aan te zetten de bevalling op gang te laten komen! Dit gebeurt als je lichaam echt rijp is om te bevallen, je hoeft hiervoor dus niet bang te zijn in eerdere stadia van de zwangerschap. Ook zou een flinke wandeling kunnen helpen bij het op gang brengen van de bevalling, maar of dit waar is…