Borstvoeding geven is een natuurlijk proces dat voornamelijk in de eerste week wel wat oefening kost. Het is belangrijk om de productie goed op gang te krijgen en om te leren op een goede manier aan te leggen. Hierbij word je ondersteund door je verloskundige en de kraamverzorgende. Ook is er eventueel een lactatiekundige (borstvoedingsdeskundige) die je kan adviseren. Problemen met borstvoeding in de eerste week zijn meestal van korte duur en goed op te lossen.
Informatieavonden over borstvoeding
Er worden in de regio regelmatig bijeenkomsten over borstvoeding georganiseerd. Tijdens deze bijeenkomsten wordt onder andere informatie gegeven over hoe borstvoeding werkt, hoe je problemen kunt voorkomen, hoe je weet of je kindje voldoende binnen krijgt en wat te doen als je weer gaat werken. Vraag naar de mogelijkheden tijdens een van de controles bij je verloskundige.
Lees ook:
Alles over kraamzorgEr zijn ook situaties waarin ouders er goed aan doen om voor kunstvoeding te kiezen. Bijvoorbeeld bij bepaald medicijngebruik of wanneer de moeder erg opziet tegen het geven van borstvoeding. Heb je in het verleden een borstoperatie ondergaan, geef dit dan bij ons aan. Afhankelijk van het soort operatie, kan het verloop van de borstvoeding negatief worden beïnvloed.
Lees ook:
Borstvoeding in de kraamweekUiteindelijk is een gezonde moeder, die zich prettig voelt bij wat ze doet, het meest belangrijk. Kunstvoeding is er in verschillende soorten en merken. Wanneer er allergieën in de familie voorkomen, raden wij de hypoallergene vorm van kunstvoeding aan. Er is sinds enige tijd ook flesvoeding op basis van geitenmelk. Informatie hierover vind je op internet. Wel is het belangrijk om steeds hetzelfde merk kunstvoeding te kopen. Hiermee worden smaakwisseling en darmkrampjes bij je kindje zoveel mogelijk beperkt.
Je kunt tijdens je zwangerschap natuurlijk altijd bij je verloskundige terecht met vragen over het geven van borst- of kunstvoeding.