De meest natuurlijke ligging voor de geboorte

Voor de bevalling en de geboorte is de achterhoofdsligging veruit de meest gunstige ligging van je baby. Zo kan het hoofdje van je baby zich gemakkelijk aanpassen tijdens de bevalling in de vorm van je bekken. Het smalste gedeelte van je baby’s hoofdje gaat hierbij door je bekken.

Draaien naar de achterhoofsligging

Tot zo’n 32 weken zwangerschap heeft je baby nog volop ruimte om te draaien en kan hij iedere dag in een andere positie liggen. Hierna wordt dat steeds lastiger voor hem, en draaien dus de meeste baby’s op een natuurlijke wijze naar de achterhoofdsligging.

Je baby gaat bijna altijd in deze ligging liggen tegen het einde van de zwangerschap, omdat je baarmoeder in de lengte van je buik ligt en je baby daardoor weinig keus heeft. Een klein percentage baby's belandt niet in de achterhoofdligging, maar in een afwijkende ligging.

Tip: Ga goed voorbereid de bevalling tegemoet met onze bevalcursus en cursus Hypnobirthing, deel van het online cursuspakket.

Afwijkende liggingen

Niet altijd liggen baby’s in de achterhoofdsligging voor de bevalling. Dat kan met verschillende factoren te maken hebben, zoals:

• Een afwijkende baarmoeder
• Afwijkende bekken
• Afwijking bij de baby
• Te veel of te weinig vruchtwater

Maar je baby kan ook in een afwijkende ligging komen zonder duidelijke reden, wat vaak het geval is. De stuitligging is een ligging waar de meeste zwangere vrouwen voor vrezen. Je baby ligt dan met zijn billen in jouw bekken, met zijn hoofdje boven. Soms kan je baby uitwendig worden gekeerd door je verloskundige.

De stuitligging

Andere afwijkende liggingen zijn:

• Voorhoofdsligging: hierbij ligt je baby met zijn voorhoofd naar beneden, wat een erg ongunstige ligging is voor een natuurlijke bevalling. Een keizersnede is in dit geval dus vaak noodzakelijk.
• Aangezichtsligging: hierbij ligt je baby met zijn gezicht naar beneden. Een natuurlijke bevalling is hierbij mogelijk, maar vaak heeft een keizersnede de voorkeur.
• Kruinligging: hierbij ligt je baby met zijn kruin naar beneden. De doorsnede van zijn hoofd is zo groter en kan moeilijker door het geboortekanaal komen. Een keizersnede heeft hierbij vaak de voorkeur.
• Sterrenkijker (sterrenkijker-bevalling): hierbij ligt je baby met zijn hoofdje omlaag, maar kijkt hij omhoog. Vaak wordt een natuurlijke bevalling hierdoor lastiger.
• Dwarsligging: hierbij ligt je baby dwars in je baarmoeder. Je verloskundige zal proberen je baby te draaien, is dit niet mogelijk dan is een keizersnede noodzakelijk.

Dwarsligging

• Schuine ligging: in deze houding ligt het hoofdje van de baby in of op de heup van de moeder. Het lichaam en het hoofdje liggen dus diagoneel.

Schuine ligging

Ligt je baby in een afwijkende ligging voor de bevalling? Dan zal je verloskundige altijd onderzoek doen om de reden voor deze ligging uit te sluiten. Hierna bekijken jullie dan samen de opties voor de geboorte, of eventuele opties om de baby in de goede ligging te draaien.

Ligging van je baby beïnvloeden

De meningen zijn erover verdeeld of je invloed uit zou kunnen oefenen op de ligging van je baby. Er zijn vele theorieën over hoe je je baby in de juiste positie zou kunnen drijven voor de bevalling, door bijvoorbeeld je bekken meer naar voren te kantelen en je knieën lager te houden dan je heupen bij het zitten. Er zijn zelfs zwangerschapscursussen die de ligging van je baby zouden optimaliseren, bijvoorbeeld Spinning Babies.

Je verloskundige kan je hierover het beste adviseren, en of het überhaupt nodig is voor jou om je druk te maken over de ligging van je baby. Pas na 32 kun je echt conclusies trekken over de ligging van je baby voor de bevalling, want tot die tijd kan hij zich nog constant omdraaien.